De laatste jaren zie je het steeds vaker: waar vroeger alleen de geur van vers gemaaid gras en zweet in de lucht hing, zie je nu ook jongeren in het clubhuis zitten met een controller in de hand.

Virtuele sporten en eFootball zijn aan een flinke opmars bezig in lokale sportclubs. En eerlijk is eerlijk, het werkt. Clubs die vroeger alleen hun velden vulden met fanatieke spelers, zien nu ook hun digitale arena’s volstromen. eSports zijn immers immens populair bij goksites, waar je kan inzetten op spelletjes zoals DOTA2, Counter-Strike maar natuurlijk ook op FIFA.

Binnen het Nederlandse circuit is dat nog een beetje beperkt, omdat de Kansspelautoriteit vrij streng optreedt (met limieten, verplichte Cruks-registratie etc.). Wil je toch gokken met Cruks? Dan moet je je naar een buitenlandse bookmaker begeven, waar je toegang krijgt tot heel veel virtuele sporten om te bekijken, bestuderen en om er soms zelfs een gokje op te wagen.

Desondanks beginnen virtuele sporten steeds vaker hun stempel te drukken op voetbal in Nederland.

Het begon allemaal een paar jaar geleden, toen de KNVB doorhad dat ze iets moesten doen om jongvolwassenen aan zich te binden. Ze richtten E_Oranje op, een eFootball-team dat Nederland vertegenwoordigt in internationale competities.

Een slimme zet, want zeg nou zelf: niet iedereen heeft zin om drie keer per week op het veld te staan, maar thuis een potje FIFA spelen? Daar krijg je zelfs de grootste bankhanger wel voor warm.

Ook lokale clubs pikken dat op. Heracles Almelo bijvoorbeeld. Je zou ze misschien niet meteen verwachten in de wereld van eSports, maar in 2020 deden ze al mee aan een Europees eFootball-toernooi. En nee, dat was niet zomaar een spelletje in de kantine. Er stond een serieus team klaar, compleet met coach en alles erop en eraan.

Het laat zien dat eSports echt serieus genomen wordt, zelfs door clubs die je normaal gesproken alleen kent van grasvelden en stadiontribunes.

Maar het blijft niet bij FIFA. In Purmerend bijvoorbeeld hebben ze de H20 esports Campus. Een gigantische hal vol consoles, VR-brillen en schermen zo groot dat je er bijna in verdwijnt. Ze organiseren toernooien, workshops en trainingen voor zowel gamers als traditionele sporters.

En ja, voor clubs betekent dit ook nieuwe inkomsten. Waar je vroeger moest rekenen op een paar lokale sponsors en de jaarlijkse bingo-avond, biedt eSports ineens allerlei commerciële kansen. Livestreams van toernooien, digitale reclameborden, betaalde online competities – het kan allemaal.

Vooral voor kleinere clubs is digitale sponsoring een uitkomst. Ze kunnen nu geld verdienen met toernooien waar spelers van over de hele wereld aan meedoen, zonder dat ze een stadion hoeven te vullen.

Toch zit er ook een keerzijde aan de opkomst van eSports in de sportclub. Niet iedereen is er even blij mee. Sommige puristen vinden dat een club gewoon om het echte spel moet draaien: gras onder je voeten, modder op je knieën, geen scherm in zicht. En ergens hebben ze een punt. De sociale binding van samen trainen op een veld is moeilijk na te bootsen in een digitale omgeving.

Maar tegelijkertijd biedt het juist mogelijkheden om jongvolwassenen te blijven betrekken bij de club, zelfs als ze niet meer op het veld willen staan.

Daarnaast kun je eSports ook gewoon inzetten als training. In VR-simulaties kunnen spelers situaties oefenen die je op het veld niet zomaar kunt creëren. Zo’n combinatie van echt sporten en digitaal trainen biedt kansen voor talentontwikkeling die je vroeger alleen in profclubs zag.